Labogids klinische biologie

Fibrinogeen


Code LIS
FIB
Eenheid
mg/dl
Belangrijke informatie
 Cumulregel 101 RIZIV: sedimentatiesnelheid en fibrinogeen mogen onderling niet gecumuleerd wordenIndien buiten RIZIV: er wordt 1.38 euro aangerekend aan de patiënt   ​
Klinische achtergrond
Fibrinogeen is een glycoproteïne met een MW van 340000 D dat wordt geproduceerd door de lever. Het bestaat uit 6 ketens: 2 Aa, 2 Bb en 2 c ketens. Thrombine (FIIa) breekt fibrinogeen af door afsplitsing van fibrinopeptide A van de Aa en fibrinopeptide B van de Bb ketens. De fibrinemonomeren die hierdoor ontstaan aggregeren en vormen fibrine, dat wordt gestabiliseerd door FXIIIa. De eerste stap in het stabilisatieproces omvat de binding van 2 c ketens van 2 fibrinemonomeren. Deze binding is de oorsprong van D-dimeer een specifiek degradatieproduct van fibrine. Fibrinogeen kan worden afgebroken door plasminogeen. Verhoogde fibrinogeen waarden komen voor bij inflammatoire aandoeningen (chirurgie, trauma, myocardinfarct tumoren), diabetes en obesitas. Ook zwangeren vertonen verhoogde waarden. Verhoogde waarden worden als een risicofactor voor atherosclerose beschouwd. Een gedaalde waarde wordt gevonden bij gedaalde synthese door leverlijden, gedissemineerde intravasculaire stolling, fibrinogenolyse en verhoogd verlies (ascites, brandwonden, …). Congenitale fibrinogeendeficiënties zijn autosomaal recessieve aandoeningen. Homogene vormen daarentegen zijn weinig frequent.
Principe van de test
De test is gebaseerd op de methode van Claus. Na toevoeging van een grote overmaat thrombine aan een plasmastaal, wordt fibrinogeen enzymatisch omgezet in fibrine. Dit ondergaat op zijn beurt een polymerisatie en vormt een netwerk. Thrombine activeert eveneens F XIII, welke fibrine door middel van crosslinks stabiliseert, waarna een zichtbaar stolsel ontstaat. De tijd tussen de toevoeging van thrombine en de vorming van een stolsel is omgekeerd evenredig met de fibrinogeen concentratie.
Afname
Citraat
Alternatieve monstertypes
Geen
Stabiliteit monster
Fib : 24 uur op kamertemperatuur (validatiedossier CS 2500)
Interferentie
Referentiewaarden
180 - 385 mg/dl  
Doorbelwaarden
<= 100 mg/dl
Bron referentiewaarden
    ​
Uitvoerfrequentie
Urgentie
Ja
TAT (turn around time)
1 h - 2 h
Toestel
CS 2500
Analytisch meetbereik
0 - 1200 mg/dl
Afdeling
Hematologie (HEM)
Uitvoerend labo
DoorstuurInfo
Terugbetaling
554610